Zooi.

Ik wil het geen emotionele chantage noemen, maar toch heeft het daar veel van. Ieder mens heeft nu eenmaal de beschikking over een achillespees (wel twee) en mijn achillespees kent slechts een woord: zolder. Nu weet ik wel dat er iets moet gebeuren, maar het valt mij in de regel zwaar om alles wat ik in de loop der tijd verzameld heb, door mijn handen te laten gaan en een besluit neem om ‘alles’ wat ik in de loop der tijd heb aangeschaft, in kratten naar elders te gaan brengen. Het voorzag mij in een bepaalde behoefte en waar mensen de opmerking hebben gemaakt dat ik dat alleen maar deed om te ‘hebben’, die hebben geen idee welke emoties daar een rol in hebben gespeeld. Kan niet zeggen dat de jacht op die verschillende ‘schatten’ ook een rol hebben gespeeld toen ik op jacht was naar die schat. Dat ze in dozen terecht zijn gekomen wil nog niet zeggen dat een bepaalde treurnis mijn gemoed ten goede komt. Maar… aan alles komt op een zeker moment een eind, de wetenschap dat ik mogelijk door de spullen te laten verdwijnen, daar een ander misschien een plezier mee kan gaan doen, is niet veel meer dan een pleister op mijn wonde. Littekens verwacht ik niet om me daar nu druk over te maken, hooguit dat het gegeven van een riant huis met een navenante zolder, mij de gelegenheid heeft gegeven om dingen die een ander als ‘zooi’ zou kunnen omschrijven niet verdwijnen in een afvalbak.

Want daar is het geheel veel te belangrijk voor!