Idealen.
Het is niet direct een waarlijk ongenoegen, maar wanneer het gemene volk het eens is met de huidige koers die door het nieuwe kabinet wordt ingezet, kan het op termijn mogelijk bakzeil gaan halen. Het ieder voor zich en waar eens een God met ons was, is die laatste reeds lang geleden van de rand verdwenen. Want je hoeft niet meer te vragen waar ooit goud te spinnen was. De gouden bergen verdwijnen, men raaskalt maar wat rond en als eerder gezegd er wordt aan de poten ven vele stoelen onophoudelijk gezaagd. Alsof men niet beter te doen heeft. Gal spugen blijkt een voorwaarde te worden en van een eensluidend antwoord is men vaak niet meer gediend. Dat het mogelijk ook anders kan en anders zou moeten, aan die opdracht heeft men blijkbaar schijt. Dronken Naatje is er niets bij. Maar die stond toentertijd ergens op de Dam, waar ook de nodige rellen hebben plaatsgevonden. Ik verwacht echter niet dat in de huidige tijd de nodige rellen zullen losbarsten. In een maatschappij welke zich kenmerkt door een toenemende polarisatie, waarbij bondgenoten buitengesloten worden en het veelal het individu is dat zich typeert van de rest van de goegemeente. Zelfs in de huidige politieke partijen. Met andere woorden: niet teveel woorden aan vuil blijven maken, de kalmte bewaren en de illusie dat de huidige jonge generatie zich ook maatschappelijk kritisch zal gaan manifesteren, ook dat valt te betwijfelen. Anders dan in de jaren zeventig, toen de heilige huisjes werden afgebroken, toen ook ik nog jong was en ook de nodige idealen voor ogen had.
‘Want wat voor nu geldt is niet wat ooit Freek de Jonge ooit stelde: ‘ik tel mijn idealen, maar raak er steeds meer kwijt!’